Het is te laat voor pessimisme. Om de planeet leefbaar te houden, moeten we onze manier van leven radicaal veranderen. Wat we eten, wat we dragen, hoe we onze huizen bouwen en inrichten, hoe we ons verplaatsen van A naar B. Kortom: hoe we produceren en consumeren. Dat vraagt moed en verbeeldingskracht. Moed om vergaande maatregelen te nemen om al het leven te beschermen, verbeeldingskracht om ons een voorstelling te maken van de toekomst die wij wensen. Wat hebben we echt nodig? Waar kunnen we afscheid van nemen? En wat moeten we helemaal opnieuw ontwerpen?
De zorgplicht van de overheid
Het aanjagen van de belangrijkste transities van onze tijd, van fossiele naar duurzame energie, van een lineaire naar een circulaire economie en van individueel gewin naar collectief welzijn, is op de eerste plaats de taak van overheden. Met wet- en regelgeving kunnen zij uitbuiting tegengaan, een rem zetten op vervuilende praktijken en schone alternatieven stimuleren. Er is geen gebrek aan geld of innovatiekracht. Wat ontbreekt is politieke moed en een inspirerend verhaal over een betere toekomst voor iedereen. Een verhaal dat verenigd en de boel in beweging brengt.
En grote bedrijven dan?
Ook grote bedrijven zullen flinke stappen moeten zetten om het welzijn van mensen en de planeet te waarborgen, door hun producten, diensten, productiemethoden en toeleveringsketens duurzamer en socialer te maken. De vraag is: kunnen de grote bedrijven, de multinationals, het goede voorbeeld geven? Zijn ze in staat om op tijd hun bedrijfsmodellen te veranderen, zonder te wachten op regelgeving van de overheid of de veranderende vraag van consumenten? Sommige bedrijven voelen de urgentie om dat te doen, andere hebben nog een lange weg te gaan.
En de mensen?
Burgers kunnen een dubbel verschil maken. Op individueel niveau door bewuster te consumeren en daarmee het aanbod van de markt te beïnvloeden; op collectief niveau door zich aan te sluiten bij sociale bewegingen, vakbonden of coöperatieven. Zoals bij een lokale energie- woon- of landbouwcoöperatie. Ook kunnen zij zich wenden tot de rechterlijke macht om overheden en bedrijven ter verantwoording te roepen. Denk bijvoorbeeld aan recente klimaatrechtzaken. Daarmee helpen ze een grotere beweging in gang te zetten, politiek, economisch en cultureel.
De kracht van kunst en ontwerp
Transities vragen om verbeeldingskracht en het vermogen om door onzekerheid te navigeren. En dat is nu juist wat vaak ontbreekt: verbeeldingskracht. Verbeeldingskracht over wat er nu nodig is, over wat mogelijk is, en hoe dat er in de praktijk uit zou kunnen zien. Daarom heeft de wereld nu meer dan ooit kunstenaars en ontwerpers nodig. Zij durven lastige vragen te stellen en de gevestigde orde uit te dagen. Ze weten onzekerheid te omarmen, want dat is nu eenmaal eigen aan creativiteit. Ze komen met nieuwe ideeën en kunnen een betere toekomst voorstelbaar en tastbaar maken. Kortom, ze kunnen overheden, sociale bewegingen en bedrijven helpen om verandering begrijpelijk en wenselijk te maken voor iedereen.
De toekomst als gemeenschappelijk onderneming
Hoewel overheden en grote bedrijven de macht en de middelen hebben een economische, groene en sociale transformatie te realiseren, moet de macht van burgers niet onderschat worden, zeker niet wanneer zij zich massaal verenigen. Kunstenaars, ontwerpers en creatieve ondernemers kunnen de weg wijzen naar een hoopvolle toekomst, maar zijn geen tovenaars. Eén ding is zeker: Het heeft geen zin om naar elkaar te wijzen of op elkaar te wachten. De titel van de grote Oscarwinnaar van 2022 is: Everything, Everywhere, All at Once. En zo is het ook met de grote uitdagingen van onze tijd. Alleen als we de toekomst zien als gemeenschappelijke onderneming, kunnen we zorgen voor producten, diensten, dorpen, steden en natuurgebieden die veilig zijn, en waar we blij van worden.
Onze missie
Changency wil ontwerp en kunst verankeren in beleid en bestuur. We werken nauw samen met overheden, bedrijven en maatschappelijke organisaties die gedreven zijn om vaart te maken met de transitie naar een duurzame en eerlijke samenleving. En die niet bang zijn voor radicale verbeelding en nauwe samenwerking met eigenzinnige creatieven. Want: enkel met een open blik en bestuurlijke moed kunnen we de verhalen, processen of producten creëren die de toekomst zo hard nodig heeft.